Spareribs uit de oven

 

Spareribs zijn stukken varkensvlees met veel bot. Van nature bevatten ze veel vet en vliezen, maar door de juiste bereiding kan een sparerib een ware lekkernij zijn.

Je kunt spareribs prima op de barbecue bereiden, echter in dit recept laat ik zien hoe je heerlijk malse spareribs uit de oven bereid; het vlees valt bijna van het bot.

 

 

Omdat de sparerib veel bot bevat en bot goed de warmte geleidt kun je spareribs heerlijk mals koken: De warme wordt door de botten goed door het vlees verspreid waardoor de rib van binnenuit gaar kan worden.

 

Neem voor elke persoon 1 sparerib van 500 tot 600 gram.

 

Maak een bouillon aan door bouillonblokjes in water te verwarmen. Neem een pan waar de sparerib horizontaal (plat) in past, dus voldoende groot. Per sparerib gebruik je een liter water. Neem zoveel bouillonblokjes als de verpakking van de blokjes aangeeft.

In het recept hier onder ga ik uit van drie spareribs in 5 liter water, dan heb ik straks wat extra bouillon die ik ga gebruiken als soepbasis voor een ander recept.

 

 

 

Ik kook de spareribs in bouillon. Je kunt ze ook in water koken, maar in bouillon krijg je net wat meer spaak mee. Ik gebruik kippenbouillon, maar je kunt gerust ook runder- of groentebouillon nemen.

Voor extra smaak snij ik zes dikke uien (twee uien per sparerib) in stukken en laat ik ze meekoken.

 

.

 

Ook ben ik gecharmeerd van de smaak van meegekookte knoflook, die door het koken haar scherpte verlies en een heerlijke diepe smaak aan het gerecht geeft. Per sparerib gebruik ik drie dikke teentjes.

 

.

 

Let op: Niet het knoflookpersje gebruiken, dan wordt de knoflook bitter. Gewoon de teentjes in schijfjes snijden en meteen in de pan doen.

 

.

.

 

Een handje gedroogde jeneverbessen erbij om de schuim straks te laten neerslaan. Als je namelijk vlees kookt, kook je het collageen weefsel eruit. Het vlees verliest een heel stuk van haar stevigheid/stugheid en wordt lekker mals. Echter, bij dit proces komt collageen weefsel vrij dat schuim vormt. Dat schuim heeft de neiging door het meekoken bitter te worden als je het niet meteen weg schept. Als je jeneverbessen meekookt slaat het schuim meteen neer en kan het niet bitter worden. Eenvoudig en simpel trucje. En na het koken schep je de jeneverbessen, die aan het oppervlak drijven, gewoon weg.

 

Neem een theelepel jeneverbessen per sparerib.

 

 

De spareribs:

 

 

Terwijl de bouillon met de uien, knoflook en jeneverbessen staat te pruttelen maak ik een inwrijfsausje. Dat sausje gebruik straks om de spareribs mee in te wrijven voordat ze de oven in gaan. Dan krijg je een lekker afbaksmaakje…

 

Het sausje maak ik van abrikozenjam, gembersiroop en gemalen witte peper. Per sparerib neem ik een fikse eetlepel (dus met bergje) abrikozenjam, een afgestreken eetlepel gembersiroop en een beetje gemalen witte peper. Geen zwarte peper, want die verbrandt in de hete oven en geeft daardoor een bittere smaak.

 

 

.

 

.

.

 

Intussen gaat de bouillon lekker koken, zet het vuur zacht en de deksel op de pan. Af en toe roeren.

 

.

.

 

Na circa 20 minuten zijn de uien glazig gekookt en hebben ze hun smaak voor het grootste deel aan de bouillon afgegeven. Dat is het moment om de spareribs toe te voegen.

 

.

.

.

 

Zet het vuur hoog en breng het geheel zo snel mogelijk tegen de kook aan. De deksel kun je weglaten.

Je ziet het schuim ontstaan, zorg er voor dat het niet fors gaat koken, het moet net tegen de kook aan blijven.

 

.

 

Na een uur komt het vlees bovendrijven: Roer het voorzichtig om. De totale kooktijd (dus goed timen) is een uur voor normale en vijf kwartier voor dik bevleesde spareribs.

 

 

Haal ze voorzichtig uit de pan, ze zijn teer geworden door het uitkoken van het collageen, dus laat ze niet uit elkaar vallen.

 

 

Met een schuimspaan zeef ik het grootste deel van de uien en alle jeneverbessen weg. Ik laat de pan snel afkoelen waardoor het vet komt bovendrijven. Dat schep ik vervolgens weg. De bouillon gebruik ik vervolgens als soepbasis. Ook kun je het invriezen in kleine porties om later als sausbasis te gebruiken.

 

.

 

Je kunt er voor kiezen ze te laten afkoelen, per stuk te verpakken en in de diepvries te bewaren om op een later tijdstip in de oven af te maken. Als je dat doet, laat ze dan ontdooien en ga dan zoals navolgend weergegeven te werk.

 

Smeer de spareribs aan de holle kant in met de sausje en leg ze met de holle kant naar boven in een voorverwarde oven. Voor gasoven 180 graden en heteluchtoven 160 graden Celsius.

 

 

Intussen bak ik wat aardappelschijfjes, die ik heb gekruid met kerriepoeder en gemalen zeezout, in een hete pan met olijfolie goudgeel knapperig.

 

.

 

De spareribs moeten aan elke kant drie tot vier minuten afbakken. Zodra je de holle kant gebakken hebt schuif je het rooster naar buiten, draai je ze om en smeer je de bolle kant in met het saus je en bak je ze nog drie tot vier minuten af. Wil je extra knapperige ribs, bak ze dan vijf tot zes minuten af, kijk door het glazen deur van de oven tot je ze knapperig genoeg vindt.

 

 

Serveren met bijvoorbeeld goudgeel knapperig gebakken aardappelschijfjes en met de bolle kant naar boven. Als groente kun je spruitjes, specieboontjes of wortels nemen. Of een lekkere salade.

 


(c) Copyright Koken Met Aschwin - http://koken.met.aschwin.net/